Doordeweeks fietsen om kinderen naar school te begeleiden of in het weekend tijdens gezinswandelingen is niet zonder risico. De Vereniging Attitude Prevention adviseert om te leren hoe u uw kinderen en uzelf kunt beschermen tegen ongevallen: naleving van de verkeersregels, fietsbescherming en een goede fietsuitrusting.

Naast de initiële aankoop van een fiets en helm, kent fietsen geen echte contra-indicaties: iedereen kan het beoefenen. Het is de ideale activiteit als hobby in deze zomerperiode. Het is echter wel belangrijk om de voorzorgsmaatregelen te kennen om het risico op ongevallen te beperken, met name als kinderen zich bij deze activiteiten aansluiten. De vereniging Attitude Prevention stelt immers dat de fiets elk jaar de oorzaak is van ongevallen, soms zelfs dodelijke.

"De ernst van de verwondingen kan worden verklaard door het gebrek aan fietsbescherming, hoewel het hoofd bij meer dan één op de drie ongevallen wordt getroffen, en ook door de onvoorzichtigheid van de fietsers ten opzichte van andere weggebruikers", aldus de vereniging. Daarom is het dragen van een helm de eerste reflex die men aanneemt. Merk op dat sinds 22 maart 2017 het dragen van een gecertificeerde helm verplicht is voor elk kind jonger dan 12 jaar op de fiets, of het nu op het stuur zit of als passagier. En zelfs al is het niet langer verplicht voor oudere fietsers, het blijft essentieel: de helm moet voldoen aan de EU-normen en aangepast zijn aan het hoofd. Voeg daar nog de andere beschikbare beschermingsmiddelen aan toe (elleboogbeschermers, kniebeschermers, brillen, handschoenen).

Vermijd risicovolle situaties in de stad

"Drie op de vier fietsers die omkwamen, stierven aan een hoofdtrauma. Elke schok op het hoofd kan ernstige hersenschade veroorzaken, die met een helm wordt vermeden", herinnert Attitude Prevention zich. Zo geeft het Franse Instituut voor Volksgezondheid aan dat het risico op ernstig letsel driemaal zo groot is dankzij fietsbescherming. Naast de helm zijn deze voorzien van een gecertificeerde retrofit-helm.reflecterende veiligheidsvestenom bij slecht zicht uit de nachtelijke en dagagglomeratie te slijten, en verplichte uitrusting voor de bEen fiets met voor- en achterremmen, een geel of wit voorlicht, een rood achterlicht, een bel en een retroreflecterend element.

De vereniging specificeert ook dat "de fiets door het kind moet worden bestuurd, zelfs voordat er een afrit wordt overwogen waar auto's kunnen passeren. De fiets moet kunnen starten zonder te zigzaggen, rechtdoor kunnen rijden, zelfs bij lage snelheid, kunnen afremmen en remmen zonder voet te zetten, en een veilige afstand kunnen bewaren." Ook moet in gedachten worden gehouden dat de naleving van de Wegenverkeerswet geldt voor zowel fietsen als auto's. De meeste fietsongelukken gebeuren wanneer een fietser een verkeersregel overtreedt, zoals het negeren van de voorrangsregel bij een oversteekplaats. Gezinnen moeten leren risicovolle situaties in de stad te vermijden, waar fietsen gevaarlijker is dan autorijden.

De aanbevelingen zijn om niet in de dode hoek van een voertuig te komen, zoveel mogelijk visueel contact met de bestuurders te maken, achter elkaar te rijden als er meerdere fietsers zijn, en om niet te vergeten om voertuigen rechts in te halen, zoveel mogelijk op de fietspaden te rijden en geen koptelefoon te dragen. "Kinderen jonger dan 8 jaar mogen op de stoep fietsen. Daarna moeten ze op de rijbaan of de geprepareerde paden rijden", aldus de vereniging, die benadrukt dat vanaf 8 jaar de leerprocessen op de weg geleidelijk moeten verlopen: het is niet nodig om kinderen tot 10 jaar alleen te laten rijden, bijvoorbeeld in de stad of op drukke wegen.